Geheugengebruik en Linux
Ieder besturingssysteem maakt gebruik van tijdelijk en permanent geheugen. Tijdelijk geheugen (Engels: RAM) gebruikt het besturingssysteem om data in te verwerken en is dus gericht op actieve programma’s. Dit geheugen zal ook voor een gedeelte gebruikt worden door de Linux-kernel zelf en slapende processen. Slapende processen zijn alle processen die tijdelijk even niks te doen hebben of door de kernel tijdelijk inactiveit zijn gemarkeerd.
Het permanente geheugen is voor opslag van data zoals documenten, afbeeldingen, configuratiebestanden, programma’s, enzovoorts. Om meer te leren over dit onderwerp, is o.a. bestandsbeheer een relevant onderwerp.
Informatie over het geheugen opvragen
Gebruik je een grafische interface, dan is vaak de hoeveelheid geheugen op te vragen bij de instellingen. Een andere optie is het openen van een ‘system monitor’ tool, die actief gebruik van de processor, de harde schijf en het geheugen laat zien.
Commando’s
Linux kent ook vele commando’s om meer te leren over het actieve geheugengebruik. Zo is er het commando free
dat naast het beschikbare geheugen ook informatie kan geven over het totaal en het zogeheten swap-geheugen.
$ free
total used free shared buff/cache available
Mem: 2011060 338504 686044 1068 986512 1493496
Swap: 1959932 2840 1957092
Gebruikte termen en definities
- RAM (Random Access Memory)
- Het normale werkgeheugen van een computer en bestaat uit actieve en inactieve processen en data om te verwerken
- Swap
- Stukje gereserveerde ruimte op de harde schijf om het geheugengebruik te optimaliseren, voornamelijk bij hoog actief gebruik van het werkgeheugen
Artikelen binnen deze sectie
Linux heeft een geavanceerd geheugenbeheer. Dit is een introductie hoe Linux omgaat met het geheugen, optimalisatie en swap-geheugen.
Linux maakt gebruik van tijdelijk werkgeheugen, maar er is ook swap-geheugen. Swap is een hulpmiddel voor het geheugengebruik efficiënt te houden.